putter
GESLACHTSONDERSCHEID
Het is niet eenvoudig om de verschillen tussen de geslachten te zien. Een geoefend oog ziet het verschil aan kleine details. Zo hebben mannetjes vaak een wat langere snavel en loopt het rood op de kop verder door naar achteren. De snorharen en de vleugelbocht zijn bij de mannetjes diepzwart; bij de vrouwtjes zijn deze bruingrijs van kleur. Zowel het mannetje als het vrouwtje van deze soort zingt.
SOCIALE EIGENSCHAPPEN
Deze vogels passen zich doorgaans uitstekend aan in een voliere van gemengde samenstelling en kunnen het onderling doorgaans ook prima vinden. Wanneer u graag broedresultaten wilt, kunt u het beste slechts één koppel per verblijf houden, zonder andere volierebewoners die het kweekpaar kunnen verstoren. Houd deze vogels niet bij kanaries, omdat de soorten onderling bastaarden.
GESCHIKTE BEHUIZING
Putters kunt u zowel in een ruime buitenvoliere als in een kamervoliere of kooi houden. Belangrijk is dat de behuizing goed beplant wordt, want dan voelen de vogels zich namelijk beter op hun gemak. Geschikte beplanting bestaat voor een deel uit groenblijvers, zoals coniferen en sparretjes. Ook de zogenaamde kweekbox zoal beschreven bij de goudvink, kan een prima onderkomen bieden aan een koppel van deze vogels.